Informatiebehoefte
Voorlichting over opioïden kan nóg beter
Artsen en apothekers kunnen de voorlichting over opioïden aan patiënten met pijnklachten nog sterk verbeteren. Bijna een kwart van de pijn-patiënten (23,8%) die opioïden op recept gebruiken, is niet geïnformeerd dat het uitsluitend voor kortdurend gebruik is, en dat onjuist gebruik kans op verslaving geeft. Zo blijkt uit een vragenlijstonderzoek onder pijn-patiënten naar voorlichting bij opioïdengebruik van het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM) en Patiëntenfederatie Nederland.
Opioïden (of opiaten) zijn medicijnen met een sterke pijnstillende werking. Ze zijn vooral bedoeld bij ernstige pijn, zoals pijn na een operatie of pijn bij kanker. Voorbeelden zijn oxycodon, fentanyl en morfine. Deze middelen zijn vooral bedoeld voor kortdurend gebruik. En onjuist gebruik van opioïden vergroot de kans op verslaving. Een deel van de pijn-patiënten die opioïden gebruiken, loopt deze essentiële informatie echter mis, zo blijkt uit een vragenlijstonderzoek naar voorlichting bij opioïdengebruik. Het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM) heeft dit onderzoek samen met Patiëntenfederatie Nederland in oktober 2021 gehouden. 395 patiënten die opioïden gebruiken, of afgelopen twee jaar hebben gebruikt, konden al dan niet anoniem een online vragenlijst met vijftien vragen invullen.
Geen enkele informatie
Onder de respondenten is oxycodon het meest gebruikte opioïd (69,5%), gevolgd door fentanyl (16,3%) en morfine (16,3%). Van de respondenten had 50,1% de informatie gekregen dat opioïden goede pijnstillers zijn, 45,3% wist dankzij informatie dat opioïden bedoeld zijn voor kortdurend gebruik en 43% had meegekregen dat onjuist opioïdengebruik kans op verslaving geeft. Maar bijna een kwart (23,8%) heeft geen enkele informatie gekregen over deze drie onderwerpen.
Afbouwen, bijwerkingen, verslaving
Een meerderheid van de pijnpatiënten die de online vragenlijst invulden, zegt voldoende informatie te hebben gehad om het opioïd op de juiste manier te gebruiken (66,9%). Maar 15,3% heeft informatie gemist over afbouwen, alternatieve behandelingen, bijwerkingen, juist gebruik, tolerantie, ontwenning en verslaving. Dit zijn vooral patiënten met postoperatieve pijn en patiënten met pijn bij kanker.
Einddatum opioïdengebruik afspreken
Voorschrijvers hebben slechts met een derde van de respondenten gelijk bij de start met opioïden afspraken gemaakt over hoelang zij de pijnstiller zouden gebruiken. Met ruim de helft (55%) is gesproken over andere mogelijkheden om pijnklachten te bestrijden, maar met iets minder dan de helft (45,1%) is hier niet over gesproken.
Overleggen over stoppen
Meer dan 50% van de patiënten die de vragenlijst hebben ingevuld, is inmiddels gestopt met het opioïdengebruik. De helft heeft hierover gesproken met een zorgverlener (50,7%). Ruim een derde van de respondenten die het opioïd nog gebruiken, heeft overwogen hiermee te stoppen. Van hen heeft 82,4% daarover gesproken met een zorgverlener.
In een keer stoppen of rustig afbouwen
Stoppen met opioïdengebruik verliep bij de meerderheid van de respondenten probleemloos, zowel bij de mensen die er in een keer mee stopten als bij de mensen die de dosering langzaam afbouwden (resp. 78,4% en 70,1%). Veel respondenten gaven aan dat ze geen begeleiding nodig hadden bij het stoppen of afbouwen. Al gaf 13,5% aan deze begeleiding wel graag te hebben gewild.
Aanbevelingen
De uitkomsten van het vragenlijstonderzoek geven een indicatie van het Nederlandse voorschrijfbeleid door artsen bij opioïden. Ook geeft het aan welke voorlichting deze patiënten wel (en niet) ontvangen. Het rapport met de uitkomsten heeft een aantal aanbevelingen voor voorschrijvers.
Voorschrijvers en medische richtlijnen
- Het is belangrijk dat voorschrijvers de medische richtlijnen volgen. Opioïden zijn effectieve pijnstillers bij postoperatieve pijn en pijn bij kanker. De effectiviteit bij andere indicaties, zoals chronische pijn, verschilt echter.
- Voorschrijvers doen er goed aan om bij aanvang met opioïdengebruik gelijk de beoogde stopdatum met de patiënt te bespreken.
- Overweeg als voorschrijver eveneens andere (niet-medicamenteuze) behandelingen uit de richtlijnen in plaats van opioïden. Overleg hierover met de patiënt maakt shared decision making (Samen beslissen) mogelijk.
Zorgverleners en voorlichting
- Een deel van de respondenten zegt bepaalde informatie over opioïden niet te hebben ontvangen. Dit kan komen doordat zorgverleners de informatie niet hebben gegeven. Óf doordat de patiënt tijdens het consult méér informatie kreeg dan zij of hij kon onthouden. Het is daarom belangrijk dat zorgverleners het aanbieden van (stukjes) informatie goed timen en dat zij informatie eveneens herhalen. De materialen van Thuisarts.nl en Apotheek.nl zijn hierbij goed bruikbaar.¹
- Patiënten denken wel na over stoppen met opioïden, maar bespreken dit niet altijd met zorgverleners. Zorgverleners doen er goed aan om zelf initiatief te nemen om hierover in gesprek te gaan de patiënt. De Handreiking afbouwen opioïden kan handvatten bieden bij het afbouwen.²
U kunt het rapport Vragenlijstonderzoek voorlichting bij gebruik van opioïden downloaden via de website van het IVM.
Lees meer:
¹ https://www.thuisarts.nl/pijn-en-pijnstillers/ik-krijg-sterke-pijnstillers
² https://www.opiaten.nl/zorgverleners/handreiking-zorgverleners-voor-afbouw-opioiden